26 februari 2007

NSR Gulf Mosler



Begin van deze maand ontving ik de Gulf Mosler, mijn tweede NSR Mosler. Eigenlijk ga je dan denken: waarom twee precies de zelfde auto's? Gelukkig kwam er een oplossing uit Italië: NSR introduceerde een anglewinder motorsteun met bijpassend chassis. Verder een nieuwe serie bijpassende tandwielen, de pignons zijn 7,5 mm in plaats van de gebruikelijke 6,5 mm en de achterastandwielen zijn 16,8 mm. Daardoor steken ze nauwelijks onder het chassis uit en kun je dus de auto nóg lager zetten. In de anglewinder motorsteun passen NC-5 formaat motoren zoals bijvoorbeeld de Slot.it Boxer of de King van NSR. Als geboren dwarsligger wilde ik er geen NSR motor in zetten maar koos ik voor de Gnik van aartsrivaal MB Slot. Ik heb al een King in mijn Ninco Mosler, het is een prima motor met een acceleratie als een raket en uitstekende rem. De Gnik schijnt ongeveer het zelfde karakter te hebben maar dan net iets vriendelijker.


Het ombouwen gaat probleemloos. Eerst de motor in de steun drukken (NSR adviseert eerst de kant van de pignon en dan de achterkant, anders bestaat de kans dat de motorsteun scheurt) en vastzetten met twee M2 schroefjes. Dan de aslagers in de steun drukken en uitrichten zodat de as en zonder hulp doorheen kan vallen. Je wilt zo weinig mogelijk wrijving (is vermogensverlies) hebben. Lagertjes vastlijmen in hun positie en dan de motorsteun in het chassis plaatsen. Nu zie je waarom je als eerste de motor moet plaatsen: je kunt niet meer bij de schroefjes die de motor vasthouden. De motorsteun moet je ook niet helemaal vast zetten in het chassis. Hij moet zo weinig mogelijk verticale speling hebben, horizontaal moet hij vrij kunnen bewegen. Dat is één van de trucs van de NSR Mosler. Hij heeft een variable wielbasis: bij het remmen is hij langer voor stabiliteit en wanneer je gas geeft wordt hij korter voor wendbaarheid.


Dan de achteras monteren met aan de kant tegenover het tandwiel een ringetje van 2 mm tussen
wiel en lager. Een heel klein beetje zijdelingse speling (ongeveer 0,05 mm) houden om te zorgen dat alles lekker vrij draait. Je kunt daarvoor een voelermaatje gebruiken of één laagje van het plastic zakje waar de onderdeeltjes in zitten.













Sleperschoentje er in zetten, draden aansluiten en zo leggen dat het zichzelf centre
ert en dan de vooras er in. Hier ongeveer 0,5 mm speling, zo kwam hij af "fabriek" en dat rijdt gewoon het beste. Dan de kap er op en die net zo afstellen als de motorsteun. Horizontaal vrij bewegen en verticaal niet, dus. Alle slotrace-auto's rijden beter met de kap los, een paar millimeter is geen uitzondering. De NSR Mosler houdt niet van zo veel op-en-neer geklapper, hij rijdt het beste als de kap alleen horizontaal kan bewegen. Ik denk dat dat aan het zeer flexibele chassis ligt. Til je de auto aan de kap op, dan zie je het chassis doorbuigen door het gewicht van de motor. Onder het rijden zal de kap dus genoeg beweging hebben.


Bij proefdraaien leek de Gnik minstens net zo goe
d te remmen als de King ondanks de lange overbrenging van 13/32. Het lijkt er op dat je met deze motor platte kantjes aan je banden kunt remmen. ;-)

1 opmerking:

sebas zei

die nsr mosler rijd echt super.
Ik heb er even mee gereden bij schoonderbeek, WAT EEN GRIP! Ik dacht eerst dat er een magneet in zat maar nee, meteen een nieuw baanrecord neergezet!

Mooie wagen john!